Met de laser van xTool heb je 3 opties om je laser te gebruiken: score, engrave en cut. In dit artikel leg ik uit wat de verschillen zijn tussen deze opties, want met name de score-functie is niet altijd even duidelijk.
De verschillen tussen score, engrave & cut
Als je een afbeelding hebt gemaakt in xTool creative space en deze selecteert, zie je in de rechterkolom bij ‘Processing type’ drie verschillende opties: Score, Engrave en Cut. Dit zijn de 3 verschillende manieren waarop je het object door de laser kunt laten verwerken.
In de onderstaande afbeelding zie je duidelijk wat de verschillen zijn tussen de 3 processing types
Score
Met de functie ‘score’ teken je de omtreklijnen van de vorm of tekst
Als je een afbeelding scoort, worden dus alleen de lijnen van de vorm of de tekst getekend. De laser trekt dus eigenlijk een lijn langs de omtrek van de vormen of tekst, waardoor een strakke lijn ontstaat. De afbeelding wordt dus niet opgevuld/ingekleurd met deze functie.
De score functie werkt heel snel, met deze optie kun je je werkproces dus flink versnellen en kan een goede optie zijn als je bijvoorbeeld teksten wilt graveren. Test dit dus vooral uit, wat het verschil in effect is. Als je een lettertype gebruikt waar de letters aan elkaar zitten met je de tekst wel even aan elkaar lassen, anders krijg je extra lijnen op de overlap van de letters. Dit doe je met de functie ‘weld’.
De score functie kun je ook inzetten om je gegraveerde afbeelding wat meer contrast mee te geven. Door de afbeelding ook nog met score te omlijnen kun je de vormen indien gewenst wat strakker maken.
Engrave
Met de functie ‘engrave’ kleur je de afbeelding of de tekst in.
Als je een afbeelding graveert, wordt het gesloten gebied binnen de omtrek gegraveerd. Je vorm of tekst wordt dus eigenlijk met behulp van de laser ingekleurd. Hiervoor graveert hij allemaal lijnen dicht op elkaar. Je kunt de dichtheid van de lijnen zelf instellen. Je kunt je voorstellen dat graveren dus een stuk langer duurt dan scoren, maar ook een heel ander effect geeft. Door met de power en snelheid te variëren kun je op veel materialen ook nog eens de kleur lichter of donkerder maken. Zo kun je dus met verschillende kleurgradaties of intensiteit werken. Het kan handig zijn om eerst een testgrid te maken als je met een nieuw materiaal gaat werken. Zo leer je het materiaal kennen en weet je wat je kan verwachten bij welke instellingen.
Cut
Met de functie ‘cut’ wordt de afbeelding uitgesneden langs de omtreklijnen.
De functie cut is denk ik de meest vanzelfsprekende. Hiermee snij je vormen uit met behulp van de laser. Ook hierbij is het handig om een testgrid te maken, omdat het erg wisselt per materiaal welke instellingen je nodig hebt voor een mooie uitsnede, als je de snelheid verhoogt moet je meer power gebruiken. Te veel power kan zorgen voor verbrandde randen en met te weinig power snij je misschien net niet er doorheen. Test dus uit welke instellingen het meest efficiënt zijn voor jouw materiaal. Ook hiervoor is het maken van een testgrid erg handig.
score & engrave combineren
Je kunt de score en engrave functie ook heel goed combineren. Ik deed dat bij de onderzetters die ik maakte. De afbeeldingen en teksten graveerde ik in eerste instantie met de optie ‘engrave‘. Ik wilde de gravering niet te donker hebben. Ten eerste omdat ik een wat subtieler effect wilde en ten tweede omdat het gewoon veel sneller klaar is als ik de snelheid wat hoger kan zetten. Het nadeel is wel dat de afbeeldingen dan een stuk minder contrast hebben. De lijnen van de voetbal vallen wat weg. Daarom besloot ik dezelfde afbeeldingen ook nog eens te ‘scoren’. De lijnen werden dus nog extra geaccentueerd en dat geeft in dit geval erg mooi effect. Het scoren van de lijnen is bovendien in zo klaar.
